Logopedist Gerarda Das wil er zijn voor kinderen die door hun taalontwikkelingsstoornis (TOS) in communicatienood verkeren. Daarom werkt ze bij Kentalis Tine Marcusschool in Emmen. “Veel van onze leerlingen hebben nare communicatie-ervaringen achter de rug en vragen daarom om veiligheid: ‘Mag ik er zijn met alles wat ik wel en niet kan?’ Niet het leren praten, maar veiligheid creëren is daarom het eerste doel van mij en mijn collega’s.”
Communicatie is een levensbehoefte
“Ik heb er bewust voor gekozen om niet in een logopedistenpraktijk te gaan werken. Ik wil het samen met andere deskundigen doen en dat kan hier. Ook zijn we er hier op school voor kinderen die grote moeite hebben met communiceren. Niet om te bagatelliseren, maar dat vind ik van een andere orde dan als je bijvoorbeeld een klank niet goed uitspreekt. Ik wil er zijn voor kinderen die zich in de communicatie niet kunnen redden en daar ongelukkig van worden. Want communicatie is een levensbehoefte.
Begonnen als stagiaire
Ik begon ooit bij Kentalis als stagiaire - toen heette het trouwens nog geen Kentalis. Daarna heb ik als behandelend logopedist op veel plekken gewerkt. Van het Doveninstituut in Haren tot de vroegbehandeling in Emmen. Nu werk ik alweer jaren bij Kentalis Tine Marcusschool in Emmen. Een kleine, gezellige school voor leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis. We bekijken hier met elkaar: wat heeft deze leerling nodig om goed te leren en zich in de communicatie beter te kunnen redden?
'Wat zul jij het pittig hebben'
Veel kinderen die hier voor het eerst komen, zijn onverstaanbaar, hebben een kleine woordenschat of maken geen zinnen.
Ze doen dan veel non-verbaal. Je ziet gewoon in hun ogen dat ze continu aan het scannen zijn: wat gebeurt er, wat moet ik doen? Dat boort bij mij meteen een gevoel van compassie aan. Dan denk ik ‘wat zul jij het pittig hebben’. en wil ik inzetten wat ik dankzij mijn ervaring allemaal kan en weet. Zo krijg ik meestal snel contact. Het is zo mooi als je een kind langzaam ziet ontspannen. Als het achter de benen van moeder vandaan komt en contact maakt of gaat spelen.
Eerst zorgen dat een leerling zich veilig voelt
Mijn eerste doel is veiligheid creëren voor de leerling. Je veilig voelen is een basisvoorwaarde om überhaupt tot connectie en leren te komen.
Je merkt dat er bij kinderen met communicatienood in de onderlaag veel onveiligheid zit. Ze hebben in de communicatie met anderen vaak nare ervaringen gehad. Dat doet sociaal-emotioneel iets met je.
Stille kinderen en expressieve kinderen
Generaliserend gezegd heb je dan twee groepen kinderen: kinderen die stil worden en kinderen die juist heel expressief zijn. Die worden boos: Ik zeg het toch? Waarom luister je niet! Van stille kinderen heb je in het onderwijs ‘geen last’. Ze worden daardoor niet snel opgemerkt en komen soms vrij laat binnen. Deze kinderen zijn vaak visueel sterk. Ze kijken goed rond: gaat iedereen links? Dan ga ik ook links. Het merendeel zit daar natuurlijk ergens tussenin. Al deze kinderen vragen om veiligheid. Mag ik er zijn? Met alles wat ik wel en niet kan? Mag ik de ruimte om het op mijn manier te doen?
Mooi onderwijs
Daarom begint het hier op school met veiligheid en gezien worden, niet met leren praten. Het mooie van dit onderwijs is dat alle medewerkers zo’n kennis hebben van TOS en communicatienood. En dat de groepen klein zijn: maximaal veertien leerlingen ongeveer. Daardoor zie je veel meer dan als je dertig leerlingen hebt. Ook plagen de kinderen elkaar niet met hun TOS. Er worden geen grappen gemaakt als iemand iets niet begrijpt of iets verkeerd zegt. Ze zijn niet de enige. Ik zie dat dat ook voor ontspanning zorgt bij de kinderen.
Beeld van speciaal onderwijs
Ik begon hier in 2007 als behandelend logopedist en werkte toen een-op-een met de leerlingen. Nu doe ik dat niet meer. Ik ben nu onderdeel van de Commissie van Leerlingenzorg van de school. Een afwisselende functie. Het ene moment ben ik bezig met arrangeren, het andere moment denk ik na over taalbeleid en taalmethodes of heb ik een leerling- of groepsbespreking. Het is steeds samen puzzelen: wat heeft de leerling of groep nodig? Ik denk dan mee op logopedisch vlak. En als het nodig is klim ik natuurlijk ook gewoon het dak op om een bal naar beneden te halen. Voor de kinderen blijf ik altijd juf Gerarda.
Kentalis Weerwoord
Ik maak ook elke week een nieuwe editie van Kentalis Weerwoord, samen met drie collega’s. Dat zijn speciale semantiseerlessen bij de woordenschatwoorden van de reguliere methode Nieuwsbegrip. Wij leggen de moeilijke woorden uit en maken ze visueel voor onze leerlingen. Het zijn pre-teach lessen. Zo kun je leerlingen in korte tijd op een eenvoudige manier voorbereiden op een leestekst. Weerwoord begon ooit heel klein, maar nu hebben we elfduizend volgers! Ik ben trots dat we ook hiermee iets voor kinderen met TOS kunnen doen.
Benoem de roze olifant
Om hier te werken moet je empathisch zijn. Dat is zó belangrijk in het contact met ouders. Sta er eens bij stil hoe het moet zijn om je kind ’s ochtends mee te geven aan een taxichauffeur. En dat je dan maar het vertrouwen moet hebben dat je kind een goede dag heeft en weer veilig thuiskomt.
Tijdens rondleidingen merk ik dat ouders ‘speciaal onderwijs’ vaak heftig vinden klinken. Ze hebben dan een bepaald beeld. Dat spreek ik het liefst uit; laten we die roze olifant in de kamer maar gewoon benoemen. Dan kan ik daarna laten zien hoe het hier echt is. Na de rondleiding zeggen ze vaak dat het er hier heel normaal en lekker rustig uitziet.
Leerlingen die grote stappen maken
Ik zie leerlingen grote stappen maken, daar word ik ook blij van in mijn werk. Elk schooljaar stromen er weer kinderen door naar een andere vorm van onderwijs. Met minder communicatieproblemen en meer zelfvertrouwen.
Ja, ik heb geweldig werk. Het is logopedisch gezien natuurlijk het neusje van de zalm. Ook ben ik blij met ons team. We doen het heel erg samen en iedereen heeft zijn eigen vaardigheden en kwaliteiten. Dat klink cliché, maar als je die goed kent van elkaar, kun je samen het verschil maken."