Schoolklimaat

Pedagogisch klimaat

Het pedagogisch klimaat omvat alle omgevingsfactoren die bijdragen aan het welbevinden, waardoor een kind zich verder kan ontwikkelen. Hierbij gaat het om factoren die al aanwezig zijn, maar ook om factoren die een leerkracht weloverwogen creëert. Binnen de Guyotschool voor SO D/SH willen we in ons pedagogisch handelen in het algemeen normen en waarden aanleren die voor iedereen gelden. Het gaat hierbij om respect, rechtvaardigheid, eerlijkheid, gemeenschapszin, verantwoordelijkheidsbesef, solidariteit en tolerantie. Daarnaast wordt het pedagogisch klimaat binnen onze school gekenmerkt door: 

  • Respect voor elkaar
  • Voorspelbaarheid door orde, rust en regelmaat
  • Accepteren van verschillen
  • Stimulerend en gestructureerd onderwijsaanbod
  • Duidelijke regels
  • Denken in mogelijkheden en voorbij de beperking leren kijken

Actief burgerschap en overgang regulier onderwijs

Actief Burgerschap

Leerlingen leven in een pluriforme samenleving. Kennismaken met verschillende achtergronden en culturen is daarom belangrijk. Wederzijds begrip en acceptatie hoort daarbij. Als school vinden wij het belangrijk om aandacht te besteden aan burgerschap. Bij burgerschap staan drie domeinen centraal:

  • Democratie: Hoe zit de rechtsstaat in elkaar, wat is democratie en hoe werkt politiek?
  • Participatie: Welke houding en welk gedrag is nodig om actief mee te kunnen doen?
  • Identiteit: Wat is mijn identiteit en voor welke waarden sta ik? 

Wij proberen actief burgerschap bij onze leerlingen te stimuleren. Dit doen wij door actief te oefenen met de drie domeinen (democratie, participatie en identiteit). Een voorbeeld van het oefenen met actief burgerschap is de aanwezigheid en de verkiezingen van de leerlingenraad van onze school. Ook worden er waar mogelijk bewust activiteiten met de leerlingen ondernomen in de maatschappij, zoals musea bezoeken. 

Burgerschap komt tijdens verschillende lessen terug. Hiernaast wordt er gebruik gemaakt van het programma ‘KWINK’. Dit is een digitale lesmethode voor sociaal en emotioneel leren, inclusief burgerschap en mediawijsheid. Landelijk gezien is er veel aandacht voor burgerschap. Ook binnen onze school is het kennisdomein ‘burgerschap’ nog in ontwikkeling. Als school volgen wij de landelijke ontwikkelingen dan ook nauwgezet.

Overgang regulier onderwijs

Een aantal leerlingen van de school bezoekt 1 dag per week de basisschool in hun eigen woonomgeving. Doel hiervan is het op gang brengen van (sociale) contacten met zijn of haar leefomgeving (de leeftijdgenoten in de buurt), zodat zij elkaar leren kennen, begrijpen en waarderen en heeft als doel uitstroom naar de reguliere basisschool. De periode voor de overgang naar het regulier onderwijs is zo kort mogelijk. 

Niet de basisschool, maar de Guyotschool is verantwoordelijk voor de doorgaande leerlijn op deze dag. De Guyot-leerling is gastleerling, zonder dat er een financiële vergoeding voor de ontvangende basisschool tegenover staat. Samen met de ouders, de groepsleerkracht en de intern begeleider van de Guyotschool wordt gekeken of overgang van de leerling naar het regulier onderwijs passend en haalbaar is. De intern begeleider voert met de basisschool een uitgebreid informatiegesprek. De ouders, de basisschool en de Guyotschool maken duidelijke afspraken met elkaar. De intern begeleider bezoekt de basisschool indien mogelijk twee keer per jaar. De overige contacten tussen de beide basisscholen verloopt tussen de betrokken leerkrachten van beide scholen. Indien mogelijk bezoekt de leerkracht van de Guyotschool de basisschool ook één keer per jaar.

Tijdens de leerlingbespreking wordt geëvalueerd hoe de overgangsperiode van de leerling verloopt. In overleg met alle betrokkenen wordt besloten of de overgangsperiode zal worden voortgezet dan wel beëindigd. 
 
Als de leerlingen ouder worden, krijgen zij schoolwerk mee. We vragen van ouders aandacht en inzet om toe te zien dat het schoolwerk écht gedaan wordt, of om samen met het kind het huiswerk te maken. 
In overleg (bijv. in aanloop naar uitstroom naar het regulier onderwijs) kan de "overgang regulier onderwijs" worden uitgebreid naar twee dagen per week, met nog steeds als uitgangspunt dat de Guyotschool verantwoordelijk blijft voor de lesinhoud en de doorgaande lijn van het lesstofaanbod. Er vindt nauwe afstemming plaats met het regulier onderwijs waar de leerling 1 a 2 dagen naar toe gaat. Ook dan vindt er alleen bekostiging plaats voor de Guyotschool. Er kan in overleg met de Guyotschool, de reguliere school en ouders worden besloten of een leerling volledig de overstap kan maken naar het regulier onderwijs. Mocht dit aan de orde zijn, bestaat er ook de mogelijkheid dat de leerling vier dagen naar het regulier onderwijs gaat en 1 dag per week terugkomt voor de ontmoeting met  “peers” en het onderhouden van de Nederlandse gebarentaal. Op dat moment ontvangt het regulier onderwijs de bekostiging voor een kind en gaat de leerling met een ondersteuningsarrangement naar het regulier onderwijs.

Bij omgekeerde Sociale Integratie komt het broertje of zusje van een dove- of slechthorende leerling op  op de Guyotschool. Horende broertjes en zusjes leren op die manier de schoolwereld van hun dove of slechthorende zusje of broertje beter begrijpen en zij kunnen hun gebarentaal verder ontwikkelen. Zij komen niet in dezelfde groep als hun broertje of zusje, maar in dezelfde jaargroep waarin zij ook op hun eigen basisschool zitten. Omgekeerde sociale integratie is wel beperkt in duur, namelijk voor de duur van maximaal 1 jaar. Voorwaarde hiervoor is dat een broertje of zusje hier alleen voor in aanmerking kan komen wanneer voldaan wordt aan 1 van de 2 voorwaarden, namelijk; dat het een broertje of zusje betreft van een leerling die ingeschreven is bij de Guyotschool in het lopende schooljaar of dat 1 of beide ouders van de aan te melden leerling voor omgekeerde sociale integratie doof of slechthorend is.

Kinderen die deelnemen aan de omgekeerde SI mogen ook meedoen met bijzondere activiteiten die plaatsvinden op de dag dat ze bij ons komen, zoals sportdagen, activiteitendagen en de afsluiting van projectweken. Zij mogen mee op schoolreisje, ook als dit op een andere dag dan de vrijdag valt. Ook horende kinderen van dove ouders kunnen deelnemen aan omgekeerde SI.

Het kan voorkomen dat er zoveel kinderen zijn voor de omgekeerde SI, dat er een wachtlijst ontstaat. Aan het einde van het schooljaar wordt er met alle betrokkenen geëvalueerd en worden er afspraken gemaakt over het al dan niet voortzetten van de omgekeerde SI. Voor beide vormen van sociale integratie wordt er een contract opgesteld welke door alle partijen dient te worden ondertekend. Meer informatie is terug te lezen in het beleidsplan Sociale integratie en omgekeerde Sociale integratie, welke op te vragen is bij de intern begeleider. 

Veiligheid

Iedere leerling moet zich veilig kunnen voelen op de Guyotschool. Met elkaar scheppen we een veilige en prettige sfeer in de klas en op het schoolplein. Ons uitgangspunt is dat iedereen met respect met elkaar omgaat en dat iedereen even waardevol is, ongeacht: niveau, godsdienst, huidskleur, sekse of seksuele voorkeur. 

Op het gebied van sociale veiligheid hanteren we een proactieve aanpak. In de zogenoemde ‘Gouden Weken’ wordt er veel aandacht besteed aan omgangsregels- en vormen, waarbij respect hoog in het vaandel staat. Daarnaast wordt er gewerkt met verschillende methodes. Zo wordt er gewerkt met KWINK. Dit is een methode die zich richt op preventie van bijvoorbeeld pesten op school en de kracht van een veilige groep. Ook wordt er gewerkt met Rots en Water. Dit is een psycho-fysieke sociale competentietraining. Tijdens deze training komen thema’s als: lichaamsbesef, gevoelens, nee kunnen zeggen en accepteren, grenzen, pesten, groepsdruk en veiligheid op straat aan bod. Tot slot wordt er gewerkt met Kriebels in je Buik, met de daarbij behorende Week van de Lentekriebels. Dit is een methode waarbij leerlingen op school op een aansprekende en bij hun leeftijd passende wijze kennis maken met allerlei zaken op het gebied van relaties en seksualiteit. 

Met behulp van de Monitor Sociale Veiligheid meet de school elk jaar de veiligheidsbeleving van de leerlingen op school. Mochten de resultaten van deze monitor aanleiding geven tot zorgen, dan worden er acties ondernomen om de veiligheid op school te verbeteren. 

Mocht er op een ander moment gesignaleerd worden dat er sprake is van een onveilige of onprettige sfeer, dan wordt de coördinator sociale veiligheid betrokken. Dit is de gedragskundige van de school. Voor de Guyotschool SO D/SH is dit Heike Leeuwerik (h.leeuwerik@kentalis.nl). Tevens zijn er twee aanspreekpunten pesten aanwezig. Dit zijn voor de Guyotschool SO D/SH Mike van Genne (m.vangenne@kentalis.nl) en Mariëlle Visser (mari.visser@kentalis.nl). De gedragskundige ziet erop toe dat er in lijn met het anti-pest protocol wordt gehandeld. De aanspreekpunten pesten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van het anti-pest protocol en zijn daarnaast voornamelijk op casus niveau betrokken. Dit houdt in dat wanneer een leerling of leerkracht melding doet van (vermoedens van) pesten, het aanspreekpunt pesten als eerste betrokken wordt.

Om pesten, zowel in preventieve als curatieve zin, aan te pakken is het nodig dat alle partijen betrokken worden bij de uitvoering van het beleid. Het anti-pest protocol wordt komend schooljaar opnieuw herzien. 

Fysiek beperkend handelen
Dwang en drang zijn geen vanzelfsprekende termen in het onderwijs. Soms ontstaan er echter situaties waarin de veiligheid van een leerling en/of diens omgeving in het geding is. Het ontbreken van een wettelijk kader voor fysiek beperkend handelen en het opleggen van vrijheidsbeperkende maatregelen in het onderwijs vraagt om duidelijke afspraken. Binnen de Guyotschool handelen we, waar het gaat om dit onderwerp, in lijn met de 'Richtlijn fysiek beperkend handelen en/of vrijheidsbeperkende maatregelen binnen het onderwijs' van de Sectorraad GO/PO-raad, Stichting School & Veiligheid en het Nederlands Jeugdinstituut.

Internet gebruik

Veilig internet en sociale media gebruik

In het algemene deel van de schoolgids staat beschreven hoe we binnen Kentalis omgaan met het veilig gebruik van internet. 

In algemene zin wordt er gebruik gemaakt van een sterk beveiligd netwerk. Op die manier is het bijvoorbeeld niet mogelijk om gebruik te maken van ongewenste websites. Leerlingen werken alleen op de computer onder toezicht van een leerkracht. Sommige afdelingen hebben ook de beschikking over IPads die door leerlingen tijdens bepaalde lessen gebruikt kunnen worden. Voor het gebruik van de IPads gelden dezelfde regels als voor de computers. Wat betreft het gebruik van sociale media is de afspraak dat hier uitsluitend onder toezicht van de leerkracht gebruik van gemaakt mag worden. In de klas wordt regelmatig aandacht besteed aan gewenst gedrag op het gebied van sociale media. Hierbij wordt ook gewezen op de gevaren van (onveilig) internetgebruik. Tevens wordt aandacht besteed aan nuttige thema’s gerelateerd aan internetgebruik zoals het aanleren van het gebruiken van juiste zoektermen.

Om meer zicht te krijgen op de mogelijkheden en om mediagebruik te optimaliseren, heeft Kentalis een platform waar medewerkers kennis en tips met elkaar kunnen delen over het gebruik van internet en sociale media. Want het bevorderen van mediawijsheid is een zaak van iedereen: van ouders, leerkrachten, begeleiders, bestuurders en natuurlijk van onze leerlingen zelf. 

Het gebruik maken van mobiele telefoons onder schooltijd is niet toegestaan. Ouders worden middels een ouderavond en/of in nieuwsbrieven geïnformeerd over veilig internetgebruik. Verder gelden de volgende regels voor het gebruik van mobiele telefoons van de leerlingen: 

  • Met ingang van 1 augustus 2024 zijn mobiele telefoons niet toegestaan in de klas. 
  • Voor leerlingen met medische problemen of bijkomende beperkingen kan een uitzondering worden gemaakt. Deze uitzondering wordt, met beschrijving van reden, schriftelijk vastgelegd. 
  • Mobiele telefoons worden aan het begin van de dag, 8.30 uur, opgeborgen op een centrale verzamelplek in de klas. 
  • Mobiele telefoons worden aan het einde van de dag, 14.00 uur, opgehaald op de centrale verzamelplek in de klas.
  • Er wordt een uitzondering gemaakt voor educatieve doeleinden.   
  • Bij buitenschoolse activiteiten zoals excursies en schoolreizen worden geen mobiele telefoons meegenomen. 
  • Tijdens pauzes of andere lesonderbrekingen worden geen uitzonderingen gemaakt. 
  • Leerlingen mogen mobiele telefoons in het bezit hebben en daar ook gebruik van maken voor 8.30 uur in de ochtend en na 14.00 uur in de middag. 
  • In de periode buiten de schooltijden zijn leerlingen zelf verantwoordelijk voor hun mobiele telefoon. De school is niet verantwoordelijk voor verlies of schade. 
     

    Doel van dit beleid;

    Het gebruik van de smartphones in de klas is afleidend, met het verbod op gebruik kan dit voorkomen worden. Daarnaast verstoort het de sociale interactie in de groep. Met dit beleid wordt dit voorkomen. Smartphones worden grotendeels gebruikt voor sociale media. In sommige gevallen geeft dat negatieve effecten zoals bijvoorbeeld digitaal pesten.

Gedragsregels

Uitgangspunt is dat leerlingen zich veilig voelen op school. Om dit te bewerkstelligen wordt vooral aandacht besteed aan gewenst gedrag. Daarnaast zijn er ook afspraken en regels waar iedereen zich aan moet houden. Dat geldt voor zowel medewerkers als leerlingen. Er zijn verschillende regels voor verschillende omgevingen en omstandigheden.