Schoolklimaat

Pedagogisch klimaat

De leerkracht in de groep houdt rekening met de leeftijd van de leerlingen. Dit kan ook de zogenaamde ontwikkelingsleeftijd zijn. Daarnaast kijkt de leerkracht hoe de leerlingen zich voelen en wat ze nodig hebben om te groeien. Anders gezegd: de leerkracht zorgt voor een prettig ‘pedagogisch klimaat’. De wensen en behoeften van de leerlingen staan altijd centraal. De leerkracht let bijvoorbeeld op hun behoefte aan veiligheid, structuur, (speel)ruimte, hulpmiddelen en sensitieve prikkels.

Afgelopen schooljaar is de leerlingenraad opgestart op beide locaties in Amsterdam en Assendelft. Binnen de leerlingenraad worden wensen geuit en de leerlingenraad geeft gevraagd en ongevraagd advies. 

Wat betekent 'pedagogisch klimaat'?

Onder pedagogisch klimaat verstaan we het totaal aan bewust gecreëerde en aanwezige omgevingsfactoren die inspelen op het welbevinden van het kind, waardoor het zich in meer of mindere mate kan ontwikkelen. (Alkema et al, 2006)

Hieronder leest u wat we op onze afdeling nog meer doen om uw kind zich veilig en vertrouwd te laten voelen.

Een veilig gevoel

Om te kunnen leren, moet een leerling zich veilig voelen. We kijken goed naar het gedrag van uw kind, zodat we weten hoe we het best op hem of haar kunnen reageren. Als uw kind zich gespannen voelt, laten we die spanning minder worden. Dat geeft een veilig gevoel, waardoor uw kind gemakkelijker kan leren.

Communicatie

Kinderen met TOS vinden communiceren moeilijk. Ze vinden het bijvoorbeeld lastig om hun gevoelens te begrijpen en erover te vertellen. Bij Kentalis Signis TOS staat communicatie voorop. We vinden het belangrijk dat leerlingen ervaren dat er alle tijd en ruimte is om zich te uiten. We willen dat ze zich vrij voelen, dat ze durven communiceren. Onze medewerkers nemen bewust een afwachtende houding aan in de communicatie, om zo het kind de tijd/mogelijkheid te geven zichzelf in alle rust te kunnen uiten. Zo vullen medewerkers bijvoorbeeld niet snel zinnen aan. In de onder- en middenbouw combineren de leerkrachten gesproken taal met 'Nederlands met gebaren'.

Wat heeft uw kind nodig?

Bij ons op school geven we veel aandacht aan de manier waarop medewerkers met leerlingen omgaan. Allereerst kijken we waar de leerling om vraagt: wat heeft hij of zij nodig om zich veilig en vertrouwd te voelen? Natuurlijk luisteren we goed naar uw kind. We letten daarnaast op zijn of haar gedrag, want gedrag is ook communicatie. Zo kunnen we bepalen wat uw kind nodig heeft om te kunnen leren.

Positief gedrag

We werken volgens het Sociaal Competentiemodel. Een positieve leeromgeving is steeds het uitgangspunt: we moedigen positief gedrag aan en geven de leerlingen een alternatief voor dat negatieve gedrag. Dat is het gewenste gedrag. Niet alleen de leerkrachten reageren op deze manier. Ook de andere medewerkers gaan op een positieve manier met de leerlingen om.

Afspraken

Een ritme in de dingen die we doen op school geeft leerlingen een veilig gevoel en stimuleert de taal. Daarom werken we met een rooster, een dagprogramma en een weekprogramma. We hebben ook regels voor in de klas en voor bij het buiten spelen.

In het zogenaamde protocol is te lezen wat de afspraken en regels zijn over hoe leerlingen, leerkrachten en ouders met elkaar omgaan op onze school. Daarnaast zijn er ook afspraken over oudergesprekken, scholing van leerkrachten en het moment waarop we een verslag uitbrengen. Al deze dingen samen zorgen voor kwaliteit en duidelijkheid op school, voor de leerlingen, de medewerkers en de ouders.

Gezond eten en drinken

Gezond eten en drinken is belangrijk, ook op school. Wist u dat kinderen die gezond eten en drinken hun aandacht beter bij de lessen kunnen houden? Ze kunnen dus beter leren op school. We drinken op school bijvoorbeeld water in plaats van andere dranken.

Trakteren

Als uw kind jarig is, mag hij of zij natuurlijk trakteren. Uw kind mag dan iets uitdelen aan de kinderen in zijn of haar eigen klas en aan de leerkrachten. De traktatie zien wij graag gezond. Hou het klein en geef niet meer dan één item per kind.

Actief burgerschap en sociale integratie

We willen dat onze leerlingen actief meedoen in de samenleving en een positieve bijdrage leveren. Dit noemen we 'burgerschapsvorming'. Leerlingen onderzoeken hun houding over onderwerpen als democratie, de vorming van je identiteit en meedoen in de samenleving. Ze oefenen ook met de vaardigheden die ze hiervoor nodig hebben.

Wat is sociale integratie?

Sociale integratie wil zeggen dat inwoners van Nederland - in welke cultuur ze ook zijn opgegroeid - zich een onderdeel voelen van de samenleving. Ze kennen de kenmerken van de Nederlandse cultuur. Ze voelen zich ook betrokken bij deze cultuur.

Als school zijn we verplicht om aandacht te geven aan de onderwerpen 'burgerschapsvorming' en 'sociale integratie'. Wij doen dat op de volgende manieren:

  • We oefenen met beleefdheid en sociale vaardigheden: hoe gaan we met anderen om?
  • We hebben respect voor zogenaamde 'basiswaarden'. Denk aan vrijheid van meningsuiting, respect voor anderen, begrip voor mensen die anders denken, je eigen keuzes maken en gelijkwaardigheid. Discriminatie keuren wij af.
  • We geven aandacht aan de onderwerpen 'relaties' en 'seksualiteit'. We bespreken bijvoorbeeld verschillende vormen van seksuele voorkeur. We praten ook over wat er in het lichaam verandert tijdens de puberteit.
  • We willen dat de leerlingen steeds zelfstandiger worden.
  • We willen dat de leerlingen zich kunnen redden in hun communicatie.
  • We bespreken de vorming van je identiteit. We besteden ook aandacht aan levensbeschouwing, van godsdienst tot 'hoe denk je over het leven'.
  • We hebben het over verschillende culturen.
  • We geven de leerlingen kennis over de samenleving en leggen uit wat democratie is.
  • Het onderwerp veiligheid krijgt aandacht: van regels voor gedrag tot schoolregels en de sfeer op school.
  • We betrekken ouders bij de school. We zien ouders als partners met wie we samenwerken.

Veiligheid

De school moet een plek zijn waar leerlingen zich veilig voelen. Eén of twee keer per schooljaar vragen we alle bovenbouwleerlingen om de Kentalis Monitor Sociale Veiligheid in te vullen. Waar nodig helpen we daarbij. Ons doel is dat de leerlingen zich 100% veilig voelen. Scoort dit onder de 100%, dan gaan we kijken hoe dat komt en gaan we er iets aan doen.

We willen zeker weten dat de school een veilige plek is voor iedereen die er komt. Daarom werken we dagelijks aan een goed pedagogisch klimaat, stemmen we onze communicatie op elkaar af en hebben we regels en afspraken gemaakt. Samen vormen die ons ‘schoolveiligheidsbeleid’. Regelmatig brengen we in kaart of er risico’s zijn in onze gebouwen en op de schoolpleinen. Hierbij letten we er ook op of iedereen bij ons op school veilig en gezond kan werken en leren. Als er onderhoud nodig is, maken we hier een plan voor.

Onze coördinator sociale veiligheid, Shanna ten Dam (s.tendam@kentalis.nl), houdt zich bezig met de veiligheid op school. 

Internet gebruik

Wie handig is met computers en internet, is 'digitaal geletterd'. Hiervoor zetten wij de methode Delta de Draak in. We willen dat leerlingen handig worden op het gebied van ICT, mediawijsheid, informatie vinden en 'computational thinking': leren denken volgens een bepaald proces. De onderwerpen zijn verwerkt in verschillende lessen. De bedoeling is dat ze de leerlingen helpen bij het leren. Op school werken we al met i-Pads, laptops en robotica.

Internet geeft leerlingen veel mogelijkheden, ook voor de communicatie. Bovendien is het leerzaam en goed voor de ontspanning. Natuurlijk zijn er ook risico’s. Denk aan digitaal pesten, seksuele intimidatie en het schenden van de privacy. Wij zijn ons hier erg van bewust. We informeren u regelmatig over het thema ‘veilig internet’. We geven veel aandacht aan de digitale wereld van onze leerlingen en aan hun digitale vaardigheden. 

We vertellen u meer over veilig internetgebruik tijdens een ouderavond of in de nieuwsbrief.

Foto’s

Over het nemen van foto’s hebben we duidelijke afspraken. Leerlingen mogen op school alleen foto’s nemen onder begeleiding, als het voor een les is én met een fototoestel van school. Uw kind mag dus verder geen foto’s maken op school. De reden is de privacy van anderen. Voor sommige leerlingen zijn foto’s van belang voor het leren. Met deze leerlingen maken we aparte afspraken.

Is er een voorstelling op school? Dan mag u wel foto’s maken voor privégebruik. Als u deze foto’s wilt delen op sociale media, let er dan op dat er geen andere mensen op de foto staan.

Mobiele telefoon / wearable

Uw kind mag een mobiele telefoon/wearable (smart watch) meenemen naar school om contact met u te kunnen hebben. Bijvoorbeeld over alleen naar huis gaan. De afspraken zijn dat: de telefoon/wearable uit blijft tijdens schooltijd (8.30-14.00), de telefoon/wearable bewaard blijft in de tas op de gang of bij de conciërge in de kluis. De school heeft een verzekering, maar daar vallen apparaten die vanuit huis worden meegenomen niet onder. Bij diefstal, verlies of schade kunt u contact opnemen met uw eigen verzekering. Het meenemen van de telefoon/wearable is dus op eigen risico. 

Gedragsregels

Op school hebben we twee soorten regels: klassenregels en schoolregels. Elke klas heeft zijn eigen klassenregels. Als dat mogelijk is, maken de medewerkers en leerlingen op de groep samen extra afspraken. De schoolregels gelden voor iedereen op school. We hebben bijvoorbeeld regels voor buiten spelen en het gebruik van de vaklokalen. Er zijn ook schoolregels voor gedrag. In het begin van het schooljaar bespreken we de regels in alle klassen.

gedragsregels

Pesten

Pesten accepteren wij niet. Hoe eerder er met alle betrokkenen wordt gepraat, hoe beter. Kentalis heeft een zogenaamd ‘pestprotocol’. Hierin staat hoe onze school pesten aanpakt. Als we aanwijzingen hebben dat een leerling wordt gepest, volgen we de regels en afspraken in dit protocol. We vragen ook hulp van onze coördinator sociale veiligheid. Dat is een medewerker die zich bezighoudt met de sfeer en de veiligheid op school.